De dag begint slecht. Even na middernacht worden we wakker van de kei- en keiharde regen op ons dak. Het komt echt met bakken, en ik bedoel hele grote bakken, neer. Na een half uur horen we ook wat gedonder, dus het onweert ook nog eens. Corinne wordt hier helemaal gelukkig van, maar niet heus. We slapen er slecht van, want de regen houdt pas om 7 uur ’s ochtends op. Tussendoor blijkt elke keer weer dat het toch weer een beetje harder kan regenen op het moment dat je denkt dat het echt niet harder kan. Denk je in het droge seizoen op reis te gaan in Uganda, blijkt het toch gewoon 7-8 uur lang met bakken naar beneden te komen. Ik heb nog nooit zulke slagregens gehoord.
Als we om een uur of 5 niet echt merken dat het droger wordt, beginnen we ons toch wel zorgen te maken over de chimpansee tracking die we in de ochtend moeten maken. Maar het is droog (nou ja, bijna) als we aan het ontbijt zitten en om 8 uur begint gewoon de briefing van onze tocht door onze gids. We zijn met een groep van 5 personen, een Ugandese vrouw, een Duits stel en wij. De gids legt uit wat de bedoeling is en wat wel en vooral ook niet moeten doen als we de chimpansees eenmaal zien. Normaliter bestaat de tocht uit een uur zoeken, dan maximaal een uur bij de chimpansees verblijven en daarna weer terug. Mocht het zoeken tegenvallen, dan kan er tot aan zo’n twee uur achter elkaar gezocht worden en als we dan nog niets hebben gevonden, dan is het jammer maar helaas maar gaan we terug zonder iets gezien te hebben.
Twee jeeps brengen ons naar de ingang van het pad waar we aan de zoektocht beginnen. Bij ons in de jeep zit een Zwitserse man die onderzoek doet naar stress bij chimpansees. Dit wordt onderzocht door de haren van de apen te bekijken en testen of daar informatie over stress in te vinden is. Blijkbaar slaan onze haren niet alleen cocaïne gebruik ook, maar dus ook informatie over stress die we ondergaan. Ik ben blij dat ik niet zo heel veel haar meer heb. J
We wandelen door een prachtig, dicht bos, vol goede moed op zoek naar sporen of geluiden van de chimpansees. Als we zo’n drie kwartier onderweg zijn, ziet de gids een vers aangegeten vrucht op de grond liggen. Terwijl hij die staat te bekijken om te zien wanneer daar aan gegeten is, valt een vergelijkbare vrucht vlak naast hem op de grond. Er is duidelijk een chimpansee ergens boven ons te vinden. Wij worden gesommeerd om op het pad te blijven staan, terwijl de gids de bush in gaat om te speuren naar de chimp die zijn hoofd bijna geraakt had. Hij vindt hem al snel en een voor een komen we naast de gids staan, turen omhoog en zien een harige zwarte bal boven in de boom zitten, zo’n 15 meter boven ons. Dat is dus een mannetjeschimpansee volgens de gids. We geloven hem en zijn blij dat we in ieder geval op het spoor zijn, want chimpansees zijn meestal niet alleen te vinden. Nadat iedereen even heeft staan kijken, gaan we weer verder over het pad. Niet veel verder zien de gids en Corinne een vrouwtjes chimpansee met een noodvaart uit een boom schieten en zich achter wat bomen en struiken verstoppen. Ik loop niet helemaal vooraan, dus ik zie een zwarte schicht uit de boom komen, vervolgens een bruine kont tussen de struiken door schieten en uiteindelijk een wat moeilijk te onderscheiden chimpansee tussen de takken door ons in de gaten houden. Eindelijk kan ik zeggen dat ik een chimpansee gezien hebt, al is het niet meteen een World press Photo waardig. Sterker nog, we hebben nog geen enkel plaatje kunnen schieten. De gids legt uit dat dit een broeds vrouwtje is, dus dat er nog genoeg mannetjes in de buurt moeten zijn. Wij als groep beginnen nu echt enthousiast te worden, want we lijken wel op het spoor van een familie te zijn. Onze gids leidt ons nu echt de bush in, zodat we in de omgeving van de twee chimpansees kunnen zoeken naar de rest. Maar het valt niet mee. We ploeteren en zwoegen door het woud. De regen is weer begonnen, maar onder het bladerdak merken we daar niet heel veel van. Het enige dat we er van merken is dat de chimpansees waarschijnlijk ergens zitten te schuilen en zich niet laten horen of zien.
Uiteindelijk dwalen we zo al met al nog een uur of twee rond, en het enige dat we nog tegenkomen zijn wat black and white colobus apen en een paar red-tailed monkeys die we van boom naar boom zien springen. Maar dus geen enkele chimpansee meer. De enige van de groep die nog een chimpansee ziet is de gids, als hij een gebied zonder ons verkent. Maar ook deze dame schiet snel voor hem weg en er is voor onze gids geen eer te behalen. Uiteindelijk besluiten we om de missie als gefaald te beschouwen (ook al hebben we anderhalve chimpansee gezien) en terug naar de weg te wandelen. De groep loopt wat gelaten en met neerhangende schouders achter elkaar aan. De teleurstelling druipt er echt van af. Onze gids merkt dit ook, want als we eenmaal bij de weg terug zijn, begint hij uitbundig uit te leggen hoe spijtig hij het vindt dat we niet veel hebben gezien en dat hij echt heel erg zijn best heeft gedaan. Eenmaal in de jeep zeggen we tegen hem dat we begrijpen dat hij er helemaal niets aan kan doen en dat de natuur zich nu eenmaal niet laat sturen. Maar we zijn wel ongelooflijk teleurgesteld en het zal nog wel even duren voordat we dat achter ons laten. Ook Gerald leeft met ons mee, maar zegt ook dat dit nu eenmaal kan gebeuren in het wild. Wij zijn er allebei van overtuigd dat het noodweer van afgelopen nacht de chimps heeft weggejaagd en dat ze daardoor ook bijna niet te horen of te zien waren tijdens onze tocht.
Terug bij de lodge vertelt de manager ons dat een brug op weg naar het pontje in Murchisson Falls NP tijdens het noodweer gewoon weggevaagd is. Mensen die nu naar de Nile Safari Lodge moeten, kunnen een omweg van zeker 100 km tegemoed zien. We zijn wel mooi op tijd uit het nationaal park weg, dat dan weer wel. Maar de lodges in dat deel van het park zullen daar nog een flinke tijd last van hebben, want een nieuwe brug ligt er niet zo een, twee, drie.
Je begrijpt dat er bij deze blog geen plaatje te plaatsen is.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten