De grensovergang tussen Uganda en Rwanda is druk en heel rommelig. Uiteindelijk doen we er een uur over om Uganda uit te gaan (kwestie van een paar minuten) en Rwanda in te komen (kwestie van ruim een half uur). We hadden voor de reis al onze visa voor Rwanda via internet aangevraagd en ze bijna per kerende post per e-mail ontvangen. Bij de grens gaat het echter niet zo snel. Daar moet alles minstens drie keer gecheckt worden en stempelen de grenswakers zich rot op de papieren. We blijken onze formulieren voor immigratie ook niet goed ingevuld te hebben. Bij beroep hebben we namelijk ‘ambtenaar’ ingevuld, maar dat vind onze dienstdoende grenswacht niet genoeg. Hij wil weten bij welk ministerie we werken en wat we daar precies doen. Als ik hem zeg dat ik regelgeving voor luchtvaart ontwikkel, dan kijkt hij wat bedenkelijk maar besluit toch niet verder te vragen. Ik moet het wel allemaal nog even op het formulier schrijven (en dat in een vakje van 6 bij 2 cm). Uiteindelijk is alles in orde, is de kassier blij met onze $60 en krijgen we allebei een bonnetje voor de betaling. We kunnen door over een mooie asfalt weg, slingerend door het berglandschap richting Kigali.
Kigali is een echte miljoenenstad. Na de relatieve rust van de plaatsen waar de afgelopen periode geweest zijn en de rommelige en slechte wegen van Uganda is het bijna een cultuurshock om in deze stad aan te komen. We moeten een aardig eind door de stad rijden richting ons hotel: Chez Lando. Tijdens de rit krijg je een heel aardig beeld van de stad en zie je duidelijk de diverse wijken (armoedig, kantoren gebied, regeringswijk) aan je voorbij trekken. Het verkeer is ook hier chaotisch en druk, maar het lijkt allemaal wat beter geregeld te zijn. De mensen ogen al sinds de grens wat gereserveerder dan ze in Uganda zijn, maar met de achtergrond van de genocide kan ik me wel voorstellen dat de mensen zich wat voorzichtiger opstellen.
We hebben Kigali speciaal in het reisschema opgenomen om het Genocide Memorial Centre te kunnen bezoeken. Het centrum ligt midden in de stad. Gerald regelt een audio tour voor ons en we slenteren langzaam buiten over het terrein, braaf de nummers volgend. Na het buitenterrein gaan we in het gebouw verder. Buiten zien we vooral de massagraven. Er zijn hier momenteel al meer dan 250.000 mensen begraven en tot op de dag van vandaag worden nog nieuwe graven met slachtoffers gevonden. Terwijl de genocide al in 1994 heeft plaatsgevonden.
In het gebouw is een tentoonstelling ingericht over de genocide. Op grote panelen wordt ons die hele opmaat, de uitvoering en de nasleep getoond. Ik zie aangrijpende beelden van getuigenverklaringen en kinderen met open hoofdwonden van de machetes. Ik kan het niet bevatten dat mensen elkaar dit aan kunnen doen.
We zijn er stil van als we weer naar buiten komen en bij Gerald instappen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten